KING-magazine: “Op een kleine locatie zijn we iets enorms aan het bouwen”
Aandacht voor detail. Open, persoonlijke en snelle communicatie met alle betrokkenen. Iedereen doet het tegenwoordig helemaal anders. Anders is de nieuwe norm. Zo ook bij ProRail op Den Haag Nieuw Centraal. Maar wat betekent dat voor onze alledaagse praktijk? Wij vroegen journalist Carel Helder daar eens met zijn onbevangen blik naar te kijken. Hij liep voor ons een dagje mee in Den Haag.
Marcel Kronenburg is huismeester van het station Den Haag Nieuw Centraal, dat sinds anderhalf jaar ingrijpend verbouwd wordt. Vanmorgen begon de werkdag van Marcel om zes uur, toen hij in zijn woonplaats Den Dolder in de auto stapte. Onderweg las hij de WhatsApp-berichten op zijn telefoon. De WhatsApp-groep bestaat uit ongeveer twintig ProRailmedewerkers die bouwen aan het nieuwe station: opzichters, managers, communicatie-adviseurs, een persvoorlichter.
De berichtenstroom gaat dag en nacht door. ‘s Nachts zijn telefoon uitzetten doet Marcel niet, want hij gebruikt hem ook als wekker. Bovendien: ‘Als er brand uitbreekt, wil ik dat meteen weten.’ De berichten en foto’s van de nachtopzichter laten vandaag niet veel bijzonders zien: een paar verzakte tegels, vandalen hadden de tijdelijke bewegwijzering losgetrokken.
Om zeven uur doet Marcel zijn eerste ronde over het station om te kijken of alle problemen van die ochtend inderdaad zijn opgelost en de looproute van reizigers niet opnieuw ergens belemmerd wordt.
Om twaalf en om drie uur zal hij dat weer doen. ‘Elke milimeter maken we egaal’, zegt hij, ‘zodat reizigers zich door de hal kunnen haasten zonder te struikelen.’ Hij wijst om zich heen. Begin deze week is een nieuwe fase in de grootscheepse verbouwing begonnen, waardoor bouwplaatsen naar nieuwe plekken zijn verplaatst. Daardoor veranderden ook de looproutes.
Belangrijk zijn de geleidelijnen voor blinden en slechtzienden: er mag geen strookje ontbreken. ‘Er zijn visueel gehandicapten die precies de lijnen volgen’, zegt Marcel, ‘maar ook die op ervaring lopen. Zij raken door de verbouwing totaal gedesoriënteerd. Dat moeten we voorkomen.’ Hoe hij dat doet: ‘Zoals nu. Ik ga gewoon in de hal staan en hou de blinde reizigers in de gaten. Als ze verkeerd dreigen te lopen, grijp ik in.’
Pioniers
‘Zoals Marcel werken we hier allemaal,’ zegt projectmanager Richard Folkers. Richard leidt de bouw. ‘Met een persoonlijke benadering, snelle en continue communicatie en aandacht voor detail. Het klinkt misschien gek, maar voor mij is een losse stoeptegel net zo belangrijk als een glazen overkapping van tienduizend vierkante meter.’ Dat klinkt inderdaad gek. En dat van die tienduizend vierkante meter zuigt hij trouwens niet uit zijn duim: in het kantoor van ProRail hangt een indrukwekkende animatie van het toekomstige station. Richard legt het maar even uit van de stoeptegel.
‘Het verschil met veel andere projecten is dat we op een kleine locatie iets enorms aan het bouwen zijn. Toch blijft het station in gebruik; er komen elke dag 190.000 mensen langs. Zonder helm, zonder hesje en zonder speciale schoenen. Toch moeten ze dat veilig kunnen doen. Intussen wordt alles om hen heen afgebroken en van top tot teen weer opgebouwd, van de fundering tot en met het dak en de installaties.’ Hij kijkt even naar een kraan aan de andere kant van het raam. ‘Alsof je vanuit je woonkamer een compleet huis om jezelf heen bouwt, terwijl de wc en douche moeten blijven werken.’
Tijdens het nachtwerk is de stationshal dicht, maar de perrons blijven open, want de treinen rijden door. Om vijf uur ’s ochtends gaat het hek van het slot en moet het bouwterrein er strak bij liggen. Een gigantische operatie is het, elke nacht weer. Maar het lukt. Volgens Richard is verbinding de sleutel tot het succes. Hij bedoelt: ‘Een goede samenwerking is cruciaal. Je moet je bij alles wat je doet in de andere betrokkenen verplaatsen.
Niet alleen in je collega’s, de aannemers, de NS, maar ook in de omwonenden en reizigers. Ook die laatste groepen moeten zich gehoord en betrokken voelen. Dus is het zaak goed contact te onderhouden en inzicht te geven in de verschillende fasen van de verbouwing. Dat gebeurt onder meer via social media, rondleidingen en open dagen. De bouw wordt zo zichtbaar mogelijk uitgevoerd.’ Niet alleen voor ProRail is deze openheid en informatieuitwisseling nieuw. Richard: ‘Daarin zijn we toch een beetje pioniers.’